Wat een winterschilder en tekenaar was die Pieter Bruegel de Oude wiens werk gij hebt gekend. Kijk naar de pret die hij afbeeldt, maar dat net zo goed naar het gevaar van een vastgevroren stad verwijst en de strenge winter die levens op zijn geweten had en die gij net zo goed hebt meegemaakt in bijvoorbeeld 1564 toen de Schelde en de stadsgrachten wekenlang dichtgevroren waren. Sommige latere versies van deze prent kregen versregels erbij over de zogenaamde ‘slibberachtigheid van ’s mensen leven’. Het leven is sowieso een schouwtoneel, zoals Bruegel wist.
Hij leert ons kijken en vaak kunt ge bijna zelfs horen wat er gebeurt in zijn werk. Kijk bijvoorbeeld hoe helemaal rechts een oude vrouw aan de kant luidkeels brult en wijst naar iemand die onderuit is gegaan op het ijs of wijst ze naar een jonge vrouw die achter de net gevallen mens wordt bepoteld door een die meent van haar mogelijke onschuld misbruik te mogen maken? Laat ons het overigens hebben over misbruik en onschuld. Want onschuldig waren Bruegels prenten zelden.
De Sint Joris-poort maakte deel uit van de Spaanse omwalling die tussen 1542 en 1552 werd gebouwd. Over die omwalling alleen al die Antwerpen heeft beschermd zou men een boek kunnen schrijven, hoe dat stenen bouwwerk tot stand kwam, hoeveel moeite het heeft gekost, hoeveel woede het heeft veroorzaakt over incompetentie en corruptie. De bom daarover barstte pas een jaar later in 1553. Tijdens dat jaar werden er tweehonderd getuigen opgeroepen waarbij de toen al overleden burgemeester Michiel van der Heyden, die intendant van de werken was geweest, langs de ene kant omschreven werd als een capabele bestuurder en door anderen dan weer als immoreel werd beschouwd. En ook hier was uw aartsvijand Gaspare Ducci van de partij en stak een half procent van het budget gewoon op zak. We mogen aannemen dat dit niemand in de stad onberoerd liet, ook al was die stadsomwalling alsnog afgewerkt door de al even inhalige projectontwikkelaar Gilbert van Schoonbeke. De beschuldigingen van corruptie, gefoefel in de boekhouding en geldverduistering waren niet mals en gericht naar alle politiek verantwoordelijken die niet alleen geld hadden laten verdwijnen dat bestemd was voor de aanbouw van de omwalling, maar ook zelfs letterlijk stenen zouden hebben gestolen om hun eigen huizen ermee te verfraaien.
Deze prent werd trouwens door Bruegel gemaakt in 1558 en door Hieronymus Cock uitgegeven. De broer van deze uitgever, Cornelis, was tijdens de bouw van de Spaanse omwalling als schepen verantwoordelijk voor het gedeelte van de Sint-Jorispoort dat men hier op deze prent ziet. En ook hij werd verdacht van corruptie, ook hij werd beschouwd als iemand die zich op glad ijs had gewaagd. Al die verhalen moet gij hebben gekend. De geruchten, de roddels, het slibberachtige leven als een bestuurlijk waagstuk op ijs… Zou het kunnen dat de uitgever én de schilder de broer van de uitgever een subtiele plaagstoot wilden geven? Zou de broer Cornelis de man zijn die zich links vooraan op sleeptouw laat nemen en zich vast houdt aan de mantel van een ander, weinig betrouwbaar heerschap richting dun ijs? Ge kunt blijven kijken. Alles wordt een raadsel, alles krijgt dubbele bodems, alles wordt inderdaad slibberachtig…
Museum Plantin-Moretus · Komt een Italiaan naar de Nederlanden | Jeroen Olyslaegers over Bruegels 'IJsvermaak'
IJsvermaak aan de Sint-Jorispoort, Frans Huys - Pieter Bruegel I - Hieronymus Cock, ca. 1558