Lees het verhaal hier op de website of op Instagram.
Burger worden van Antwerpen is geen kattenpis. Vroeger trouwens ook niet. Zegt het woord poorter u iets? Zo werden burgers in Antwerpen genoemd. Een poorter worden kon niet zomaar. Wie een volwaardige burger van de stad wilde worden moest bewijzen dat de stad op haar beide oren kon slapen en geen gespuis binnen haar muren haalde. Wie niet de nodige adelbrieven kon voorleggen, mocht geen poorter worden. Enkel mensen met een officieel certificaat van hun vorige woonplaats als bewijs van hun deugdzame levenswandel en een attest van de pastoor waarin hij getuigt dat de migrant een aanhanger is van het ware geloof, mochten dat. De kandidaat-poorter moest bewijzen dat hij genoeg middelen tot zijn beschikking had om de stad niet tot last te zijn en een beroep kon uitoefenen. Wanneer je aan de voorwaarden voldeed, restte je enkel nog om de poorterseed te zweren in de vierschaar, bij de schout en het voltallige schepenbestuur.
Dat was schoon. De stad verwelkomde de nieuwe poorter met een plechtig moment. Een feest! Het intieme moment betekende het begin van een innige band met de stad. Wie vandaag burger wil worden moet een aanvraag doen bij de administratie van de gemeente, maar de aanvraag wordt afgehandeld door anonieme bedienden in grote torens in Brussel. Burgerschap wordt geregeld door hogere machten, die aanvragen goedkeuren en afkeuren zonder dat de stad hier inzage in heeft. En wanneer men de toelating krijgt om burger te worden van het land, is er geen plechtig moment waarop de nieuwe bewoner verwelkomd wordt in de stad. Hoe verwacht men dat nieuwe inwoners liefde voelen voor hun woonplaats als het niet de stad zelf is die hen verwelkomt? De liefde van dit land voor papieren en administratie is grenzeloos.
Eenmaal burger moet men naar de schoolbanken. Mijn huisgenoot Achmed vertelde mij hoe dat in zijn werk gaat. Het leven in Antwerpen is zo ingewikkeld dat men lessen moet organiseren over hoe je het leven in de stad overleeft. Tot hoe ge uw afval moet weggooien, wordt u geleerd. Plastic in de blauwe zak, papier en karton verzamelen en vastbinden met koord en al de rest mag in de witte zak. Vroeger was het gemakkelijk, toen gooiden we bijna niets weg. Alles werd hergebruikt en als er iets werd weggegooid, was het voer voor de varkens of het vuur. Dat laatste mag ook niet meer, dat ligt erg gevoelig vandaag de dag.
En wanneer je toelating krijgt om in het land te verblijven en toegang krijgt tot alle rechten, passeert een stoet aan instanties en formulieren. Je moet ze zorgvuldig invullen in een cryptische taal die enkel de knapste bollen met jaren studie achter de kiezen begrijpen. Het zijn de meest kwetsbaren die tegen deze papieren muren botsen en daardoor geen aanspraak maken op de rechten die hen toekomen.
Wie niet de juiste papieren heeft, heeft recht op niets. Net zoals ik. Ik zweerde 500 jaar geleden trouw voor de Vierschaer en werd een trotse poorter. Dat recht zou ik nooit verliezen. En zie mij hier nu zitten. Zonder eed, adelbrieven, geld of papieren. Wie geen papieren heeft, bestaat niet in dit land. Er bestaat geen grotere belediging voor de mensheid dan de ontkenning van iemands bestaan.